Luister je liever naar dit artikel via een (door AI gegenereerde) podcast? Klik dan hier!
Elke ouder weet: tijd doorbrengen met je kinderen is zowel heerlijk als uitdagend tegelijk. Een van de favoriete activiteiten van veel ouders is voorlezen. Voorlezen geeft rust, biedt de mogelijkheid om bepaalde onderwerpen te introduceren of bespreekbaar te maken, zorgt voor een moment van verbinding en ondertussen ben je ook nog bezig met taalverrijking! Voorlezen is dus altijd een goed idee, maar wat lees je voor?
Binnen de Montessori-visie zijn duidelijke richtlijnen als het gaat om het aanbieden van boeken. Zowel voor de manier van aanbieden als bij het kiezen van geschikte boeken zijn er dingen om in ons achterhoofd te houden.
Realisme
Kinderen tot 6 jaar bevinden zich in een fase waarin ze druk bezig zijn de wereld om hen heen te begrijpen. Het jonge kind kan nog niet goed onderscheid maken tussen fantasie en werkelijkheid. Daarom zijn ze het beste af met boeken over ‘echte dingen’ (non-fictie) of verhalen over dingen die echt gebeurd zouden kunnen zijn. Denk bijvoorbeeld aan boeken die dieren in hun natuurlijke omgeving laten zien, of boeken die het dagelijks leven van mensen uit verschillende culturen en beroepen verkennen.
Waarom bestaat zoiets exotisch als een roodoogmakikikker wel, maar een elfje niet? Hoe moet een kind dat onderscheid maken? Boeken over dieren die autorijden of fantasieschepsels zijn, hoe leuk soms ook, zijn daarom niet geschikt voor deze leeftijdscategorie.


Rijke taal
Dit geldt niet alleen voor hoe we zelf met onze kinderen praten, maar ook voor de boeken die we voorlezen. We bieden taal aan waarvan we willen dat kinderen die ook gaan gebruiken. Dus “auto” in plaats van “toettoet” en “pijn” in plaats van “auwie”.
Ook ingewikkeldere zinsconstructies en lange, uitdagende woorden hoef je niet te vermijden: jonge kinderen zijn eraan gewend dat ze soms een woord nog niet kennen of een zin niet helemaal begrijpen. Kies boeken die poëtische of beschrijvende taal gebruiken, waarin woorden worden geïntroduceerd die het kind misschien nog niet kent. Bijvoorbeeld, in plaats van: “de zon is fel,” kan een boek zeggen: “de zon straalde met een gouden gloed.”
Gebruik deze momenten om samen met je kind nieuwe woorden te bespreken en te leren. Het jonge kind bevindt zich in de gevoelige periode voor taal en absorbeert nieuwe woorden alsof het niets is. Laten we daar goed gebruik van maken en ons aanbod hierop afstemmen.
Esthetiek
Een van de Montessori-principes is schoonheid. Iets wat mooi en verzorgd is, is aantrekkelijk. Dit is de reden dat onze lokalen met zorg worden ingericht en onze materialen zo uitnodigend ogen. Dit zoeken we ook in boeken: prachtige illustraties, foto’s, bijzondere vormgeving en kleurgebruik maken boeken tot de kunstwerken die we willen aanbieden.


Omgaan met boeken
Het Montessori-principe van respect voor de omgeving strekt zich ook uit tot boeken. Een mooi vormgegeven boek nodigt kinderen uit om respectvol om te gaan met boeken. Ouders kunnen een belangrijke rol spelen door kinderen te leren hoe ze een boek op de juiste manier vasthouden, pagina’s voorzichtig omslaan en boeken op een vaste plek bewaren.
Dit versterkt niet alleen de motorische vaardigheden, maar ook het gevoel van verantwoordelijkheid en zorg. Het is een waardevolle les: het kind leert om zorgvuldig met boeken om te gaan, ze netjes op te bergen en met aandacht te lezen. Hierdoor wordt de ervaring van lezen iets bijzonders.
Maak er bijvoorbeeld een ritueel van om samen boeken netjes op te bergen na het lezen. Zorg ervoor dat kinderen toegang hebben tot een speciaal boekenplankje op hun hoogte, zodat ze zelf boeken kunnen pakken en terugzetten.
En dan de laatste, maar zeker niet de minst belangrijke tip: kies boeken waar je zelf van geniet. Het enthousiasme van jou als voorlezer is enorm belangrijk voor het voorleesmoment. Daarnaast weten we hoe enorm kinderen op deze leeftijd van herhaling houden… Dus kies iets waar je niet snel op uitgekeken raakt!